Van grootste talent bij Feyenoord naar de tweede klasse: ‘Nog altijd gelukkig’
Een voetbalcarrière kan raar lopen. Zo is het succesverhaal van Denzel Dumfries, die zich opwerkte van de amateurs naar het internationale topvoetbal, de afgelopen jaren honderden keren verteld. In de rubriek Nachtkaarsen zoomt Voetbalzone juist in op de andere kant van de medaille, door in gesprek te gaan met voormalig toptalenten die de torenhoge verwachtingen niet hebben waargemaakt. In deze eerste editie trappen we af met de inmiddels 26-jarige Marlon Slabbekoorn, die ooit te boek stond als het grootste talent van Feyenoord.
Door Wessel Antes
Bij tweedeklasser SV Heinenoord heeft men sinds deze zomer een eigen attractie. Op ‘10’ speelt voormalig jeugdinternational Slabbekoorn, die ooit voorbestemd was om De Kuip te halen. Waar de in Colombia geboren middenvelder nu eigenlijk had moeten spelen in volle stadions, voert hij zijn hobby inmiddels uit op Sportpark de Tienvoet. Zijn verhaal wekt een vraag op: waar had Slabbekoorns talent hem gebracht in de huidige organisatiestructuur van Feyenoord?
Inmiddels ademt de Rotterdamse club topvoetbal. Het verouderde Varkenoord, waar zowel de hoofdmacht als jeugd jarenlang trainde, is ingeruild voor twee verschillende complexen. Het eerste elftal traint tegenwoordig op Trainingscomplex 1908, terwijl de jeugd wordt geherbergd op een splinternieuwe versie van Varkenoord. Slabbekoorn zelf denkt nog altijd met warme gevoelens terug aan de oude tribunes en de gezelligheid in de kantine, toen Feyenoord qua faciliteiten nog achterliep op andere topclubs. “Feyenoord is altijd een tweede thuis geweest. Ik ging elke dag met plezier naar de club toe en mijn familie werd goed ontvangen. Dat is nu trouwens nog steeds zo, mijn ouders zijn daar erg geliefd.”
Waar Slabbekoorn eerder nooit de behoefte voelde om zijn verhaal uitgebreid te vertellen, stemt de rechtspoot in met het interview. “Ik ben er allang overheen inmiddels. Of mensen mij nog herkennen als Marlon Slabbekoorn, ooit het grote talent van Feyenoord? Eigenlijk alleen maar, dat is vaak het eerste waar men over begint. Maar ik zie dat alleen maar als iets positiefs. Als je zoveel jaren verder bent en mensen je nog steeds herkennen omdat je ze vroeger hebt vermaakt op Varkenoord, is dat wel bijzonder. Grappig hoe zoiets werkt.”
Terug naar waar het begon. In 2005 zien scouts van Feyenoord Slabbekoorn voor het eerst spelen als jeugdspeler van VFC uit Vlaardingen, waar hij met zijn familie opgroeide. “Dat weet ik nog goed. Ik moest tegen Feyenoord spelen en scoorde een halve omhaal. Na die wedstrijd was ik gelijk gescout. Dat was natuurlijk geweldig, want op die leeftijd voor Feyenoord mogen spelen is een jongensdroom.” Vanaf juli dat jaar maakt Slabbekoorn officieel deel uit van de befaamde Feyenoord Academy.
Voetbal was Slabbekoorns grootste hobby, maar het is niet zo dat hij ook wekelijks naar het eerste elftal ging kijken in De Kuip. “Nee, dat niet. Om eerlijk te zijn hield ik nooit van het kijken naar voetbalwedstrijden. Dat heb ik nu nog steeds niet echt. Ik vind het geweldig om zelf een balletje te trappen, maar het is niet zo dat ik klaarzit voor de televisie als er een mooie wedstrijd is.” Gevraagd naar zijn idolen stelt Slabbekoorn dat hij als kind geen helden had, daar zag hij te weinig wedstrijden voor.
“Wel was Tonny Vilhena destijds een groot voorbeeld”, aldus Slabbekoorn. “Hij was twee jaar ouder dan ik en ik ging goed met hem om. Hij kwam uit dezelfde omgeving en was op jonge leeftijd doorgebroken, dus dat wilde ik ook. Ik wilde De Kuip halen omdat ik plezier in het spelletje had, niet vanwege andere zaken.” Gezien zijn potentie was het ook zeker de verwachting dat Slabbekoorn het eerste elftal zou halen. De creatieveling werd ieder jaar een lichting overgeheveld, waardoor hij met oudere jongens mocht samenspelen.
Slabbekoorn durft niet te zeggen of het doorschuiven van jonge spelers voordelig is. “Het heeft twee kanten. Ik was altijd de beste speler in het team, dus ik snap best dat Feyenoord ervoor koos om mij door te schuiven en meer uitdaging te bieden.” Dan schijnt Slabbekoorn zijn licht op de negatieve kant van het verhaal. “Ik speelde altijd op ‘10’ en aanvallende middenvelder is gewoon mijn beste positie. In mijn laatste jaren in de jeugd werd ik doorgeschoven naar de A1, waar Rick Karsdorp op mijn plek stond. Toen werd ik plotseling als linksbuiten opgesteld, waar ik simpelweg minder uit de verf kwam. Of ik daar iets van had moeten zeggen? Misschien wel, maar ik heb altijd geleerd dat de trainer bepaalt. Het zou ook te makkelijk zijn om te zeggen dat ik het daarom niet heb gered.”
De hoge verwachtingen hebben nooit invloed gehad op Slabbekoorn, die ooit te boek stond als de bestbetaalde jeugdspeler bij Feyenoord. “Zeker niet. In het begin was het natuurlijk wel wennen aan al die aandacht, maar dat heeft mij niet per se afgeleid van mijn doelen. Wel ben ik in die tijd anders over school gaan nadenken. Toen het voetbal serieuzer werd, raakte ik het laatste beetje interesse in leren kwijt. Ik zat eerst op het Thorbecke in Rotterdam, waarmee ik ben gestopt, en later op het Life College in Schiedam. Ook dat geloofde ik uiteindelijk wel, waardoor ik niets heb afgemaakt.”
“Of ik daar spijt van heb? Eerlijk gezegd niet, want werk is overal. Aan de andere kant maakt een diploma alles net iets makkelijker. Ik werk nu in de logistiek in Schiedam en ben goed terechtgekomen, dat is voor mij het belangrijkste. Als ik niet kon voetballen had ik school waarschijnlijk ook niet interessant gevonden en ik ben niet iemand die gaat terugkijken met spijt. Dan kan ik me wel druk blijven maken.”
Het moment dat Slabbekoorns eerste profcontract bij Feyenoord niet werd verlengd, ziet de middenvelder als een kantelpunt in zijn voetbalcarrière. “Ik denk dat Feyenoord te hoge verwachtingen van mij had, die ik op dat moment nog niet kon waarmaken.” Ook geld speelde een rol. “Normaal gesproken tekende je direct voor vijf jaar, maar Mino (Raiola, red.) had in mijn geval twee seizoenen afgesproken, met een optie voor nog eens drie seizoenen. Toen Feyenoord na twee jaar langer door wilde, kwam de clubleiding wel met andere financiële voorwaarden dan vooraf afgesproken. Dan wordt het een beetje een spelletje en uiteindelijk zeiden ze: ‘Zoek het maar uit!’ Zonde, maar zo werkt dat in de voetballerij.”
Slabbekoorn steekt de hand vooral in eigen boezem en neemt Feyenoord niets kwalijk. “99 procent komt door mij, dat zeg ik altijd. Waar die ene procent hem in zit? Misschien toch dat kleine stukje begeleiding dat ik op die leeftijd nodig had.” De voormalig jeugdinternational weet goed te benoemen waarin hij tekort is geschoten. “Het leven voor mijn sport. Als jeugdspeler van Feyenoord hoor je niet tot laat in de avond op straat te zijn, dan moet je op tijd naar bed gaan. Of uitgaan in de avond voor een wedstrijd. Ik was gewoon bezig met randzaken, terwijl ik met voetbal bezig had moeten zijn. Het is wat het is. Ik was jong en kan het niet meer terugdraaien. Dat zijn leermomenten, achteraf hele dure, maar het heeft zo moeten zijn.”
Het voormalig toptalent koestert nu vooral de mooie en bijzondere herinneringen. “Ik heb een geweldige tijd gehad bij Feyenoord en uiteindelijk zelfs mogen trainen onder Ronald Koeman, de huidige bondscoach van het Nederlands elftal. Hij wist mij goed te raken, zoals hij dat altijd wel kan met jonge spelers”, aldus Slabbekoorn. “Met Fred Rutten botste het meer, haha. Ik denk dat hij mij niet mocht. Waarom weet ik niet, maar toen moest ik weer terug naar de A’tjes. Dat is dan best een klap”, erkent de middenvelder.
“Of ik het in de huidige jeugdopleiding wel had gered bij Feyenoord?”, herhaalt Slabbekoorn de gesteld vraag. “Dat weet ik niet, want daar volg ik het niet goed genoeg voor. Ik ben gewoon geen voetbalfanaat wat dat betreft, al doe ik het zelf nog wel met veel plezier bij Heinenoord.” Af en toe heeft Slabbekoorn nog contact met oud-teamgenoten die het wel hebben gered. “Het is niet zo dat ik ze dagelijks spreek, maar af en toe via Snapchat of WhatsApp. Mijn beste vrienden waren Calvin Verdonk, Tonny Vilhena en Steven Bergwijn. Eigenlijk kan ik er nog wel tien opnoemen.”
Wat denkt Slabbekoorn als hij toch toevallig langszapt en Bergwijn ziet spelen op het hoogste niveau? “Daar had ik ook kunnen staan. Tuurlijk, dat spookt dan wel even door je hoofd. Vooral tijdens een WK bijvoorbeeld. Uiteindelijk ben ik zelf op bepaalde vlakken tekortgekomen, waardoor ik het niet gehaald heb. Jammer, maar het leven gaat door. Ik ben nog steeds gelukkig en daar draait het voor mij om. Met name financieel had het er voor mij nu anders uit kunnen zien, maar je weet nooit of dat alles per se beter maakt.”
Na Feyenoord volgde voor Slabbekoorn een zoektocht naar geluk in het betaald voetbal. Een kort dienstverband bij het Slowaakse AS Trencin, mislukte stages bij AZ, FC Utrecht en FC Eindhoven, toch maar aansluiten bij FC Dordrecht om uiteindelijk te stranden bij FC Den Bosch. “Het is wat het is. Uiteindelijk kun je het nog wel jaren gaan proberen in de Keuken Kampioen Divisie, maar op financieel vlak scheelt dat weinig met de bovenkant van het amateurvoetbal. Ik had vooral geen zin meer in al die spelletjes die worden gespeeld. Mijn plezier was in die tijd gewoon weg, waardoor ik besloot te gaan spelen bij VV Zwaluwen in Vlaardingen. Ik wilde weer met een lach op het voetbalveld staan, daar ging het voor mij om. Ik ben blij dat dat is gelukt en ik nog altijd voetbal.”
Bij de amateurs kreeg Slabbekoorn in eerste instantie te maken met een cultuurshock. “Je zit in de kleedkamer, kijkt om je heen en ziet teamgenoten op donderdagavond aan het bier in de kleedkamer. Ik dacht: what the fuck is dit? Ik wist echt niet waar ik was beland. Al snel leerde ik de mooie kant van het amateurvoetbal kennen. De gezelligheid in de kantine, geen gezeik of absurde regels. Gewoon een drankje na afloop en slap lullen met elkaar. Of ik de sportdrank heb ingewisseld voor een biertje? Een biertje drink ik niet, maar een baco’tje gaat er bij mij absoluut wel in!”
Zijn nieuwe leven bracht ook andere dingen met zich mee. “De grootste verandering is geweest dat ik moest gaan werken”, zegt Slabbekoorn. “Ik werk nu ongeveer drie jaar en daar moest ik in eerste instantie wel aan wennen. Het duurde even voordat ik het besef kreeg dat dat er ook gewoon bij hoort, dat is een knop die je moet omzetten. Overdag werken en in de avond trainen. Jarenlang had ik juist overdag training en voor de rest tijd voor mezelf. Alles went, werken is voor mij ook gewoon prima. Aan het einde van de maand moet je toch rondkomen. Ik kom niets tekort en het leven is goed.”
Slabbekoorn zag de afgelopen jaren veel mensen verdwijnen uit zijn leven. “Eerst is iedereen je vriend, maar als je op een gegeven moment minder relevant bent, is de helft net zo snel weer weg. Dat is nu eenmaal de realiteit. Ook daar zie ik het positieve van in. Nu heb ik mensen om mij heen die echt van mij houden. De belangrijkste mensen in mijn leven hebben mij altijd gesteund, daar focus ik me op. Aan neppe persoonlijkheden heb je toch niets in het leven.”
Na een goede periode bij VV Capelle in de Hoofdklasse besloot Slabbekoorn deze zomer aan te sluiten bij Heinenoord, dat uitkomt in de tweede klasse. “Onze trainer Ralph Kalkman, die ik ken vanuit mijn tijd bij Zwaluwen en Capelle, heeft mij benaderd om bij deze dorpsclub te voetballen. Dat zag ik eigenlijk wel zitten, omdat we hier maar twee keer per week trainen. Bij Capelle was dat nog drie keer, waardoor ik meer tijd over heb. Het is lekker dicht bij Schiedam, dus dat is ook mooi meegenomen. Dit past precies bij de rust die ik momenteel in mijn leven heb.”
De tweede klasse is voor Slabbekoorn af en toe een speeltuin, zo geeft hij zelf ook toe. “Soms kom ik op plekken en vraag ik mezelf af waar ik ben beland, haha. Ook qua tegenstanders op het veld. Niet dat ze er helemaal niets van kunnen, want als er negentig minuten lang drie man om je heen staan heeft iedere speler het lastig. Want zij zien ook wel na een paar aannames of passes wie ze moeten hebben. Of ik de Marlon Slabbekoorn van toen af en toe nog laat zien? Zeker, voetballen verleer ik niet!”
Op de vraag of hij gelukkiger was geweest als al zijn voetbaldromen waren uitgekomen, komt Slabbekoorn met een duidelijk antwoord. “Natuurlijk zijn sommige dingen makkelijker als je in het eerste elftal van FC Barcelona of Feyenoord speelt, maar dat is achteraf praten. Ik probeer nu elke dag het maximale uit mijn leven te halen. Dat is waar ik nog invloed op kan hebben, de rest is verleden tijd.” Slabbekoorn heeft nog één wijs advies voor alle jonge voetbaltalenten in Nederland. “Focus je op je passie, laat randzaken achterwege en luister goed naar je ouders en de mensen die om je geven. Dat had ik ook vaker moeten doen!”