Peter Bosz waarschuwt PSV-fans: ‘Dat hebben we ook bij Quilindschy Hartman gezien’
Peter Bosz hoopt zaterdagavond tegen sc Heerenveen weer te kunnen beschikken over Sergiño Dest. De 61-jarige Apeldoorner trapt op de rem wat betreft de hooggespannen verwachtingen en maakt een vergelijking met de situatie van Quilindschy Hartman.
De Amerikaans international is na een afwezigheid van negen maanden inmiddels weer volop in training en lijkt zaterdagavond zijn rentree in de wedstrijdselectie van het kwakkelende PSV te gaan maken.
Bosz begrijpt dat de supporters van PSV hopen dat Dest voor de ommekeer van de slechte vorm kan zorgen. Toch is dat volgens hem niet realistisch. “Ik ben hartstikke blij. Allereerst voor die jongen zelf, maar ook voor de ploeg, want hij is een jongen die energie geeft aan de groep. Maar we moeten niet de ommekeer op gaan hangen aan hem.”
“Hij is er een jaar uit geweest. Dan ben je niet in één keer terug. Dat hebben we ook bij Quilindschy Hartman gezien”, vergelijkt de trainer van PSV de situatie van Dest met de linksback van Feyenoord.
Of Mauro Júnior weer van de partij is tegen de Friezen, liet Bosz in het midden. “Mauro heeft donderdag met ons meegetraind, daar ben ik blij mee. Maar het was nog niet op honderd procent. Hopelijk kan hij vrijdag wel optimaal meetrainen en dan zullen we een beslissing nemen over zijn inzetbaarheid”, gaf hij aan.
Bosz voelt vertrouwen
Na de afstraffing tegen Arsenal in de Champions League is de vraag hoe PSV zich in de Eredivisie gaat herpakken. Bosz zelf is blij met het vertrouwen van de directie van de Eindhovenaren. “,Het is heel erg fijn als mensen in de club vertrouwen in je hebben. Anders moet je daar mee vechten en tegen vechten. Nu kan ik al mijn energie stoppen in het omdraaien van de situatie zonder die ballast.”
Volgens de Apeldoorner is de chemie tussen de staf en de spelersgroep van PSV niet uitgewerkt. “Ik voel dondersgoed wanneer iets uitgewerkt is. Als we op het veld met elkaar aan het werk zijn, als we een boterhammetje aan het eten zijn met elkaar, als we een kop koffie met elkaar drinken, als ik een bespreking houd. Ik weet echt wanneer zoiets uitgewerkt is.”
“Als het uitgewerkt zou zijn, dan ben ik zelf de eerste die zegt: wegwezen. Dan zou ik er ook helemaal geen zin meer in hebben. Dan ben je aan het trekken aan een dood paard. Maar dat is absoluut niet het geval”, stelt Bosz.