‘Feyenoord vond hem niet goed genoeg, we hebben nooit wat van ze gehoord’
De ster van Jorrel Hato is al geruime tijd rijzende. Begin dit kalenderjaar maakte de jonge verdediger zijn officiële debuut voor Ajax en nog geen jaar verder heeft hij zich voor het eerst mogen melden bij de selectie van het Nederlands elftal.
Dat Hato op zijn zeventiende Oranje zou halen, had de verdediger zelf ook niet zien aankomen. “We hadden het er donderdagavond na zijn wedstrijd tegen Brighton nog over", vertelt moeder Hato tegenover RTV Rijnmond. “Het Nederlands elftal komt over anderhalf jaar wel, zei ik toen nog tegen hem.”
Volgens Dolf Roks, die tegenwoordig de jeugd van Ajax traint, maar eerder hoofd jeugdopleiding bij Sparta was, behoorde Hato altijd tot de besten van zijn lichting. “Fysiek was hij verder dan de rest, maar hij was ook vaardig aan de bal. Daarnaast heeft hij een goede mindset en komt hij uit een keurige familie die hem goed begeleidt.”
Het toptalent werd geboren en getogen in Rotterdam en groeide op naast De Kuip. Scouts van Sparta Rotterdam pikten hem op negenjarige leeftijd op toen hij bij de amateurs van Sportclub Feyenoord speelde.
Een kans voor Hato bij de Stadionclub kwam er alleen nooit. “Ze vonden hem niet goed genoeg”, stelt vader Hato. “Jorrel speelde bij de amateurtak van Feyenoord, dus ze kenden hem wel. Maar we hebben nooit wat van ze gehoord.”
Waar Feyenoord uiteindelijk nooit doorpakte, daar deed Ajax dat in 2012 wel. “Het was ook niet per se een doel voor mij om naar Feyenoord te gaan”, zei Hato onlangs in een interview met Voetbal International. “Tuurlijk, ik groeide op in Rotterdam-Zuid, dus mijn meeste vriendjes waren voor Feyenoord. Maar ik wilde gewoon het profvoetbal halen en ik had het naar mijn zin bij Sparta.”
Hato’s ouders zijn niet geheel verrassend voor Feyenoord. “Mijn vrienden grappen weleens: ‘Hoe kan je zoon je dit aandoen?’", zegt zijn vader, die je dan ook niet snel in een shirt van zijn zoon zal zien. “Onze meeste vrienden supporten Feyenoord. Ik heb wel een weddenschap gesloten met Jorrel. Pas als hij zijn eerste doelpunt heeft gemaakt, trek ik een keer dat Ajax-shirt aan.”