voetbalzone

Duizelingwekkende statistiek Spanje biedt Engeland weinig hoop bij EK-finale

Lars Capiau12 jul 2024, 21:57
Laatst bijgewerkt: 25 jul 2024, 04:17
Advertentie

Spanje staat zondag in een grote finale, en dat betekent de afgelopen 23 jaar maar één ding: winst. Alle afgelopen 22 keer dat een Spaanse ploeg in een grote finale tegenover een buitenlandse ploeg stond, wonnen de Spanjaarden. Dat zocht journalist Colin Millar van the Athletic uit.

Millar spreekt van major finals. Daaronder verstaat hij het EK, WK en als clubcompetities de Champions League en de Europa League. De Spanjaarden verloren in 2021 bijvoorbeeld nog wel een Nations League-finale van Frankrijk, maar die telt hij niet mee in zijn beredenering.

Sinds mei 2001 zijn er 22 finales geweest waaraan een Spaanse ploeg of het Spaanse nationale elftal deelnam. Het landenteam was er verantwoordelijk voor drie, waarvan één keer op een WK en twee keer op een EK.

Op het EK van 2008 was de ploeg met 0-1 te sterk voor Duitsland en in 2012 veroverden de Spanjaarden de tweede Europese titel op rij, door Italië met 4-0 te vernietigen. In 2010 wist de gouden Spaanse generatie ook beslag te leggen op de WK-titel, toen het na verlenging met 1-0 te sterk was voor het Nederlands elftal.

Ook op clubniveau lijkt Spanje deze eeuw haast onverslaanbaar. Sevilla spant de kroon. Zij wonnen in die 23 jaar maar liefst zes Europa League-titels ten koste van buitenlandse ploegen: in 2005/06, 2013/14, 2014/15, 2015/16, 2019/20 en 2022/23.

Real Madrid won in diezelfde periode vijf keer de Champions League tegen een buitenlandse opponent (2001/02, 2016/17, 2017/18, 2021/22 en 2023/24). Barcelona was in dezelfde competitie vier keer sterker dan een buitenlandse tegenstander (2005/06, 2008/09, 2010/2011 en 2014/15).

Atlético Madrid veroverde twee keer de Europa League ten koste van buitenlandse tegenstanders (2009/10, 2017/18), Villarreal en Valencia deden dat beiden één keer (respectievelijk in 2020/21 en 2003/04).

Behalve die 22 finalezeges tegen buitenlandse ploegen wist een Spaanse club in dat tijdsbestek ook nog eens vier grote finales tegen een andere Spaanse ploeg te winnen. Zo wist Real Madrid in 2013/14 én 2015/16 te winnen van stadgenoot Atlético Madrid in de Champions League.

In de Europa League-eindronde was datzelfde Atlético Madrid in 2012 te sterk voor Athletic Club, terwijl Sevilla Espanyol versloeg in de editie van 2007. De laatste keer dat een buitenlandse ploeg wél won van een Spaanse, was in het seizoen 2000/2001. Toen bleek Bayern München na strafschoppen te sterk voor Valencia.