voetbalzone

‘Als ik slecht speelde, riepen ze dat ik het tientje moest teruggeven!’

Kevin van Buuren12 apr 2024, 18:30
Laatst bijgewerkt: 24 jul 2024, 21:27
Advertentie

Voetbalminnend Nederland krijgt vaak hetzelfde menu voorgeschoteld: ‘de grote drie’ en respectievelijke bijgerechten. Daarom neemt Voetbalzone dit seizoen een Kijkje in de Keuken Kampioen Divisie. Met behulp van de archieven en een zorgvuldig geselecteerde clubexpert zetten we de minder belichte Nederlandse clubs in de spotlight. Deze editie biedt een kijkje in de keuken van De Graafschap, waar boeren nuchterheid met de tijd ruimte maakte voor de drang om kampioen te worden.

Elke voetballer weet dat je open ruimte moet benutten. Wat dat betreft blijkt De Graafschap al bij de oprichting een geboren voetbalclub. Wanneer de NBVB zich in contrast met de KNVB opricht om het landelijk voetbal te professionaliseren, ziet Doetinchem zijn kans schoon. Op 1 februari 1954 verschijnt de plaatselijke club in het voetballandschap. Vernoemd naar de streek Graafschap Zutphen, voorloper van wat men tegenwoordig met De Achterhoek bedoelt. Zeven maanden later wordt ook het stadion toegevoegd: De Vijverberg.

Dat stadion beleeft dan al direct een hoogtepunt. Tijdens de streekderby tegen SC Enschede, op 7 november 1955, komen 16.000 supporters kijken. Nog altijd het hoogste aantal ooit. Fans ‘klommen in de bomen achter de tribunes’ om het spektakel, waarin bijvoorbeeld een jonge Abe Lenstra voor de tegenstander speelt, te aanschouwen, valt te lezen op de officiële website van de club.

Een nieuw begin


Na de invoering van de Eredivisie speelt De Graafschap een niveau lager. Uitschieters naar boven zijn er nog niet. Er volgt daarentegen een onverhoopte degradatie naar de Tweede Divisie. Spelers die sinds de oprichting het team sierden, vertrekken door je jaren heen. Zoals Pauke Meijers: de middenvelder wordt in 1957 de duurste speler van het Nederlandse voetbal, wanneer Feyenoord hem voor 35.000 gulden overneemt. De Graafschap weet de ruimtes in de selectie niet voldoende op te vullen, waardoor de club in 1960 degradeert.

Pas in 1965 promoveren de Superboeren, maar het is nog verre van stabiel. Na twee seizoenen degraderen ze weer, waarna er een unieke ommekeer komt. Bij De Graafschap loopt een jonge trainer rond. Ene Guus Hiddink gaf als voetballer zijn opleiding de voorkeur en stopte met spelen. In Doetinchem werkt hij zichzelf op tot jeugdtrainer en uiteindelijk assistent-hoofdtrainer onder Evert Teunissen. Na een nieuwe degradatie naar de Tweede Divisie, neemt Ad Zonderland het over als trainer. De Graafschap heeft het nog altijd moeilijk, maar Zonderland denkt een oplossing te hebben gezien. Rigoureus of niet, hij neemt assistent-trainer Hiddink op in zijn spelersselectie.

voetbalzone

Verrassende talisman


Daar groeit de onverwachte middenvelder langzaam uit tot een sleutelspeler. En wanneer De Graafschap in 1969 kampioen wordt van de Tweede Divisie, is Hiddink topscorer met 22 doelpunten. Na een seizoen in de Eerste Divisie verdient de verrassende talisman een transfer naar PSV. Ondertussen gaat in Doetinchem het voetballen door. Maar voor zowel Hiddink als De Graafschap geldt: beide weten geen vaste voet aan de grond te krijgen op competitievere bodem. De voetbalclub eindigt op de laatste, zestiende plek; Hiddink krijgt bij PSV geen vaste basisplaats. Dit seizoen wordt wel de kracht van De Graafschap duidelijk. Ondanks de slechte prestaties, degradeert de club niet omdat de KNVB besluit de Tweede Divisie als betaalde klasse op te heffen. Tevens worden clubs met een laag bezoekersgemiddelde teruggeplaatst naar het amateurvoetbal. Een lot dat De Graafschap dankzij de trouwe fans ontloopt.

In december 1971 haalt Piet de Visser verloren zoon Hiddink terug naar De Graafschap. Het hoort bij de ambities van de trainer, die mede zorgt voor een professionaliseringsslag binnen de club. Hij stelt strenge eisen aan de accommodaties, en hanteert een intens trainingsregime. Hij heeft wel wat hulp nodig van de supportersschare, zo vertelt Hiddink later in de documentaire Superboeren van het eerste uur. “Er was een actie opgezet om de transfersom te betalen. Ze zeiden tegen de mensen: ‘doe een tientje in de melkbus...’” Het leidde de seizoenen daarop tot hilariteit onder de liefhebbers. “Ik heb ook slechte wedstrijden gespeeld, dan hoorde ik vanaf de tribunes: ‘Hiddink, tientje terug!’”

Met Hiddink terug in de gelederen wordt De Graafschap uiteindelijk elfde, maar het echte wonder vindt een jaar later plaats. Mede dankzij de aanvoerder en spelbepaler behaalt De Graafschap een vierde plek. Belangrijker: dit seizoen worden voor het eerst periodekampioenen ingevoerd om de nacompetitie te bereiken. De Superboeren winnen een van de vier periodes en vechten met PEC Zwolle, Wageningen en Volendam een minicompetitie met uit- en thuiswedstrijden uit. De club speelt eenmaal gelijk en verliest een keer in zes wedstrijden, waardoor het zich na de 2-4 winst tegen PEC debutant in de Eredivisie mag noemen.

Nieuwkomers


Direct weet de nieuwkomer het vier seizoenen lang vol te houden op het hoogste niveau. Na een veertiende, dertiende én twaalfde plek, in die volgorde, volgt in 1977 de lang bevochten degradatie. Desondanks drukt De Graafschap zijn stempel in de archieven. In het debuutseizoen is De Vijverberg getuige van een spectaculaire wedstrijd tegen Feyenoord. Met Willem ‘De Kromme’ van Hanagem, en ‘De Kromme van Doetinchem’ – zoals Hiddink in de Nederlandse pers wordt genoemd vanwege de verwante speelstijlen van de twee middenvelders.

Na twintig minuten kijkt De Graafschap al tegen een 0-3 achterstand aan. De wedstrijd lijkt over en uit, maar De Graafschap komt nog voor rust terug tot een 4-3 voorsprong. In Superboeren van het eerste uur vertelt toenmalig trainer De Visser: “Wiel Coerver (trainer van Feyenoord) was toen een uitgekookte trainer. Wij wilden meteen doorgaan. Na tien minuten stonden we weer op het veld. Wat deed Coerver? Die hield ze binnen, wel twintig minuten.” De mindgames van Coerver blijken te werken. Na rust loopt Feyenoord uit tot 4-7, voordat Hiddink in de laatste minuut nog een eretreffer maakt. Eindstand: 5-7.

Na de thriller tegen Feyenoord, spelen de Superboeren in 1975 ook de hoofdrol aan de hand van een spookdoelpunt. Op 23 maart schiet Hiddink de bal naast het doel van Haarlem. Via een reclamebord ketst de bal terug het veld in, waarna Sietze Veen binnenschiet. De ‘goal’ wordt weggelachen en Haarlem verwacht een doeltrap te kunnen nemen. Zij het niet dat scheidsrechter Louis Beukman naar de middenstip wijst: doelpunt. Nog tijdens en ver na de wedstrijd heerst er alleen nog maar ongeloof over deze beruchte goal.

Toch moet De Graafschap zich na deze verbazingwekkende scènes weer richten op de realiteit. De club degradeert in 1977, verschijnt het seizoen 1981/82 weer kortstondig in de Eredivisie, maar komt nog tekort om het vereiste niveau vast te houden. Inmiddels schrijven we 1989, wanneer trainer Simon Kistemaker het roer overneemt. Onder deze hoofdtrainer beleeft De Graafschap een wonderlijk seizoen: de club wordt in 1991 ongeslagen kampioen van de Eerste Divisie. Voornamelijk door de productieve inbreng van topscorer Peter Hofstede. De spits is echter ook een van de redenen dat het Eredivisie-avontuur na een seizoen weer eindigt.

Tijdens jaargang 1991/92 raakt Hofstede zwaar geblesseerd. Ook blijkt De Graafschap fincieel niet machtig genoeg om enerzijds waardige vervanging aan te trekken, en anderzijds om bewezen krachten te behouden. Kampioen Kistemaker vertrekt weer, Frans Korver leidt de club in 1995 weer naar promotie, waarna Fritz Korbach wordt aangetrokken. Hij bouwt voort op Korvers aanvallende speelstijl en leidt daarmee de succesvolste periode van de club in. Ondanks dat De Graafschap nog vijf keer van trainer wisselt, blijft het acht jaar lang actief in de Eredivisie. Korbach behaalt de beste prestatie in zijn tweede seizoen: een achtste plek.

voetbalzone

Vanaf dan grijpen de Superboeren zich vast aan het beloofde land. De Graafschap blijft meer dan eens slechts een of enkele seizoenen in de Eerste Divisie, voor het weer promoveert. Kampioenschappen die leiden tot promoties in 2007 en 2010 zijn de hoogtepunten van de twintigste eeuw. Ook de recente derde plek (2021) geeft hoop voor de toekomst. Dit seizoen doen de blauw-witten wederom mee voor een plek in de felbegeerde Eredivisie.

Door de decennia heen werkte de club zich op van een laagvlieger, tot een incidentele promovendus, tot een topper van de Eerste Divisie die steevast speelt om promotie. Bekende namen als de broertjes De Jong, Lasse Schöne en Branco van den Boomen traden al in de grote voetsporen van Hiddink en consorten. Het is in Doetinchem nog wachten op de leidsman die á la Kistemaker en Korbach een onverslaanbaar team smeedt dat zich niet meer uit de hoogste regionen van het voetbal laat werken. Allemaal terwijl de boerse mentaliteit van lekker gewoon blijven, hoogtij viert in de eeuwige Vijverberg en de hondstrouwe aanhang.